Wifi Design

Wifi-dekking vs. capaciteit: de juiste keuze voor uw bedrijf

Door WifiQ7 min lezen

Ontdek het verschil tussen wifi-dekking en -capaciteit. Met duidelijke voorbeelden, best practices en foutpreventie bepaalt u wat uw kantoor nodig heeft.

WIFI DESIGN

Door WifiQ7 min lezen

Wat is wifi-dekking?

Wifi-dekking gaat over waar in het gebouw een bruikbaar signaal beschikbaar is. Denk aan de 'kaart' van uw signaalsterkte. In de praktijk kijkt u naar RSSI (signaalsterkte in dBm) en SNR (signaal-ruisverhouding). Als vuistregel is rond -67 dBm met een SNR van 25 dB of hoger geschikt voor spraak en video; -70 tot -65 dBm voldoet vaak voor kantoorwerk en e-mail. Materialen zoals beton, glas met metaalcoating en kasten verzwakken het signaal sterk. Ook het gekozen spectrum speelt mee: 2,4 GHz reikt verder maar is druk bezet; 5 GHz en 6 GHz (Wi‑Fi 6E) bieden meer kanalen en minder storing, maar hebben kortere reikwijdte.

Wat is wifi-capaciteit?

Capaciteit gaat over hoeveel gelijktijdige apparaten en verkeer uw netwerk aankan met acceptabele snelheid, latency en stabiliteit. Het draait om airtime: de tijd dat het medium bezet is voor zenden en ontvangen. Factoren die capaciteit beïnvloeden zijn onder meer het aantal clients per access point, het type verkeer (videovergaderen, grote downloads, VoIP), kanaalbreedte (20/40/80 MHz), interferentie en clientcapaciteiten (bijvoorbeeld ondersteuning voor Wi‑Fi 6 OFDMA en MU‑MIMO). Volledige signaalbalkjes betekenen niet automatisch voldoende capaciteit. In een volle vergaderruimte kan de snelheid instorten als te veel apparaten om dezelfde airtime strijden.

Voorbeelden uit de kantoorpraktijk

Scenario 1: Open kantoor met flexplekken. Overal is 2‑3 streepjes wifi; e-mail werkt, maar bij all‑hands videovergaderingen buffert de stream. Diagnose: dekking is acceptabel, capaciteit schiet tekort. Oplossing: meer 5/6 GHz-kanalen, extra access points strategisch geplaatst en kanaalbreedte terug naar 20 MHz om gelijktijdigheid te verhogen.
Scenario 2: Vergaderzalen op glasvezel, maar access points hangen in gangen. In de zaal is het signaal zwakker door glas en deuren. Diagnose: onvoldoende dekking op de plek waar capaciteit nodig is. Oplossing: AP in de zaal, plafondmontage, gericht op 5 GHz/6 GHz en minimale datarates verhogen voor betere roaming.
Scenario 3: Bezoekersnetwerk in lobby. Piekbelasting tijdens pauzes. Oplossing: capaciteit plannen op piekmomenten met bandbreedteprofielen en QoS.

Hoe bepaalt u de juiste prioriteit?

Begin bij de bedrijfsbehoefte: wat moeten medewerkers overal kunnen doen, en waar? Inventariseer apparaten (laptops, VoIP-handsets, IoT), applicaties (Teams/Zoom, VDI, cloudapps) en piekmomenten. Stel meetbare doelen op, zoals: minimale RSSI per zone, gewenste throughput per gebruiker (bijv. 5–10 Mbps voor videovergaderen), maximale latency en pakketverlies.
Kies de focus per ruimte: magazijn en gangen zijn vaak dekking‑gedreven; vergaderzalen, auditoria en open kantoren zijn capaciteit‑gedreven. Vaak is het én‑én: eerst basisdekking, daarna finetunen voor capaciteit op hotspots.

Best practices voor ontwerp en metingen

Ontwerp voorspellend (op plattegronden) en verifieer op locatie met een site survey (passief en actief). Plaats access points bij voorkeur aan het plafond, vrij van metalen obstakels, en ontwerp primair voor 5 GHz/6 GHz. Beperk 2,4 GHz tot waar het echt nodig is (IoT) en gebruik niet-overlappende kanalen (1/6/11 in 2,4 GHz).
Praktische tips:

  • Gebruik in drukke omgevingen 20 MHz-kanalen voor meer gelijktijdigheid.
  • Activeer moderne functies (OFDMA, MU‑MIMO) op Wi‑Fi 6/6E-apparatuur.
  • Stel minimale datarates in om langzame clients te beperken en roaming te verbeteren.
  • Pas band- en clientsturing toe (5/6 GHz first).
  • Documenteer RF-profielen per ruimte (zalen vs. werkvloeren).

Veelgemaakte fouten en hoe u ze voorkomt

Meer access points plaatsen zonder kanaal- en vermogensplanning leidt vaak tot meer interferentie en minder prestaties. Evenmin verstandig: 80/160 MHz-kanalen in een kantoor met veel AP's; dat vergroot overlap en verlaagt capaciteit. Vermijd repeaters/extenders die extra airtime verbruiken en latency verhogen.
Andere valkuilen:

  • AP's achter plafonds, in kasten of naast metaal plaatsen.
  • Alleen op snelheidstesten vertrouwen; kijk ook naar SNR, retries en airtime.
  • Geen rekening houden met pieken (all‑hands, events).
  • Vergeten dat clienthardware de limiet kan zijn; test met representatieve devices.
  • SSID‑wildgroei: houd het aantal SSID's laag om management overhead te beperken.

Meten, monitoren en blijven optimaliseren

Wat u niet meet, kunt u niet verbeteren. Monitor continu belangrijke KPI's: clientaantallen per AP, kanaalgebruik, retries, latency, roamingevents en applicatie-ervaring. Gebruik heatmaps, spectrum‑analyse en periodieke surveys om veranderingen in inrichting of bezetting te vangen.
Plan kwartaal- of halfjaarlijkse evaluaties, houd firmware actueel en leg wijzigingen vast (change management). Breidt het netwerk uit op basis van data: als een zaal structureel boven de beoogde clients per AP zit, voeg capaciteit toe of herverdeel kanalen en vermogen. Zo blijft uw wifi betrouwbaar, schaalbaar en klaar voor groei (bijv. naar Wi‑Fi 6E/7).

FAQ

Veelgestelde vragen

Antwoorden op de meest gestelde vragen over WiFi

Professionele WiFi Ondersteuning Nodig?

Wilt u zeker weten waar uw prioriteit ligt: dekking of capaciteit? Plan vandaag een gratis wifi‑quickscan of ontwerpgesprek en ontvang binnen 5 werkdagen een concreet actieplan.

VERDER LEZEN

Aanbevolen artikelen

Meer expert kennis over enterprise WiFi optimalisatie

1